Marsascala (Wied il-Għajn)

Uitzicht op Marsascala

Marsascala (ook wel Marsaskala genoemd) is een plaats aan de oostelijke punt van het eiland Malta en ligt hemelsbreed op ongeveer zes kilometer ten zuidoosten van Valletta. De plaats telt ongeveer 11.953 inwoners. De naam van de plaats komt van de woorden 'Marsa' (=haven) en 'Sqali' (=Siciliaans). Het betekent dus 'Siciliaanse Haven'. In de volksmond wordt Marsascala ook wel Wied il-Għajn genoemd, wat 'vallei van de bron' betekent. Sporen van de bron die hierbij bedoeld wordt, zijn niet meer te vinden.

Geschiedenis

Tijdens de Romeinse tijd was Marsascala een havenstadje. Dat veranderde echter in de Middeleeuwen. In de omgeving van Marsascala bestaat de kustlijn uit witte kliffen, waar het niet mogelijk is om aan land te gaan. In de baai van Marsascala (Il-Bajja ta' Marsaskala) kon dat echter wel. Vaak maakten plunderaars daar dankbaar gebruik van. Bij aanvallen vanaf zee werd de toch al arme bevolking van hun schaarse bezittingen ontdaan. Veel mensen werden door de plunderaars afgevoerd en vervolgens als slaaf te werk gesteld. Om die reden was het bewonen van de plaats tijdens de Middeleeuwen niet echt populair. Om zich te wapenen tegen aanvallen fortificeerden de mensen hun huizen en bouwden ze eigen verdedigingswerken. Onder leiding van de Fransman Philippe de Vendôme (1655 – 1727) werd de verdediging van de plaats serieuzer aangepakt. Tussen 1714 en 1716 werd er door hem een verdedigingswerk gebouwd om te voorkomen dat er via de baai van Marsascala nog langer ongenode vreemdelingen aan land konden komen. De zogenaamde 'Vendome Battery' bestaat uit een halve cirkel waarbinnen kanonnen stonden opgesteld. Daarmee werd op de schepen van indringers geschoten. Door de aanleg was het afgelopen met de met de aanvallen vanaf zee. De herwonnen veiligheid maakte niet dat de bewoners massaal terugkwamen. In het jaar 1905 woonden er slechts 53 mensen in Marsascala en werd er voor de kust vooral gevist door Siciliaanse vissers. Pas na de Tweede Wereldoorlog begonnen zich meer mensen te vestigen in de plaats.

Op St. Thomas Point liep op 23 september 1969 de Griekse tanker 'MV Angel Gabriel' aan de grond. Er waren vijftig bemanningsleden aan boord toen het 22.000 ton wegende schip in de problemen kwam tijdens een noordooster storm (de 'grigal'). Van heinde en verre kwamen er mensen kijken en sommigen ondernamen een reddingspoging door een menselijke ketting te vormen. Eén bemanningslid liet het leven toen hij op de rotsen viel. Veel opvarenden werden met behulp van helikopters van het dek getild, voordat het schip in tweeën brak. Later werd het schip verderop in de baai tot schroot verwerkt.

Het heden

Sint Thomas torenSt. Thomas toren

Sinds de Tweede Wereldoorlog is het kleine vissersplaatsje uitgegroeid tot een ressort waar veel toeristen verblijven. De plaats heeft inmiddels vijf wijken; Zonqor, Bidni, Siberia, Bellavista en St. Thomas. En het ziet er naar uit dat Marsascala nog wel even blijft groeien. Het staat er vol met hotels, restaurants, bars en andere zaken die toeristen verlangen. Qua historie heeft de plaats niet zoveel te bieden. De eerder genoemde Vendome Battery staat er nog wel, maar de manier waarop er mee opgesprongen is en wordt is slecht.

Het mooiste wat Marsascala aan oude gebouwen te bieden heeft, is de Sint Thomas toren, rechts aan de zuidelijke punt van de baai. De bouw van de toren werd goedgekeurd door grootmeester Fra Olaf de Wignacourt op 11 juli 1614. Dit was enkele dagen nadat er een grote invasie van Ottomaanse (Turkse) troepen in de streek plaatsvond via de baai van St. Thomas. Hierbij was vooral Zejtun een doelwit. Olaf de Wignacourt betaalde zelf voor de bouw van de toren, die werd vervaardigd op de plek waar daarvoor een aan Sint Thomas gewijde kapel stond. De aanleg van de zorgde ervoor dat de baai van Marsascala voldoende verdedigd was tegen indringers. De imposante toren is achttien meter hoog en beschikt over muren die maar liefst vijf meter dik zijn.

Vanaf de toren is het mogelijk om over de fraai aangelegde boulevard, onder de palmbomen, te lopen of flaneren richting het centrum. Vooral in de avond wordt dit door veel mensen gedaan. Het kan er daardoor erg gezellig worden. De wandeling voert langs de boulevard langs de zoutpannen. Aan de overzijde van de baai, op Zonqor-Point, is een oude verdedigingstoren te zien die dateert uit de Tweede Wereldoorlog. Daarachter ligt het oude nationale zwembad. Vervolgens is, bij de pas in 1993 gebouwde klokkentoren, de parochiekerk van het dorp te zien. Deze aan St. Anne gewijde kerk werd voltooid in 1953 en oogt vooral van buiten niet bijzonder pittoresk. Even links van de kerk is één van de fraai ogende kapellen die het dorp rijk is te zien. Deze werd in 1856 gebouwd door Luigi dei Conti Manduca en is gewijd aan Onze-Lieve-Vrouw van de Rozenkrans. Daarvoor staat, nauwelijks nog als zodanig herkenbaar, een oude verdedigingstoren. Naarmate het centrum verder genaderd wordt, neemt het aantal bootjes dat er voor anker ligt toe. Ook zijn er steeds meer restaurants en cafés gevestigd die zorgen voor reuring en gezelligheid. In de punt van de baai is, naast het busstation, een grote kinderspeelplaats aangelegd. Hier is tevens een afvoersysteem aanwezig waardoor overtollig regenwater uit de landinwaarts gelegen valleien kan wegstromen. Achter het busstation heeft men een minuscuul natuurgebied aangelegd dat vanuit het achterland gevuld wordt met brakwater.

Sint Thomas torenMamo tower

Iets verder landinwaarts, in de richting van Zejtun, staat een fraaie verdedigingstoren die Mamo Tower (Torri Ta' Mamu) wordt genoemd. Deze werd is 1657 gebouwd door de familie Mamo, die land bezat in de omgeving. Hoewel de toren niet over kanonnen beschikte bood deze tijdens aanvallen van piraten bescherming aan de familie en wel tachtig boeren uit de buurt. Hoewel de toren particulier bezit was, werd deze toch opgenomen in het kustverdedigingsprogramma van de ridders. De toren is zodanig opgeknapt dat deze kon worden opengesteld voor het publiek. De familie Mamo liet, ook in 1657, een kapel bouwen op ongeveer vijftig meter afstand van de toren. Deze is gewijd aan Cajetanus van Thiene, die wordt aangeroepen tegen de pest. Nog iets verder van de kust af, staat de kapel van St Mary van Ħal Tmin. Deze werd gebouwd in 1597 en nog steeds wordt gebruikt voor bijbellessen aan de jeugd.

Activiteiten

Het zeewater in de omgeving van Marsascala is perfect om in te duiken. Duikexcursies worden hier dan ook veel aangeboden. Bijvoorbeeld naar de wrakken van de vele schepen die zijn vergaan op het rif dat zich tot ver uit de kust uitstrekt. Echte stranden zijn er niet in de plaats. Wel zijn op verschillende plekken trappen aangelegd die kunnen worden gebruikt om in het zeewater te baden. Bovendien ligt iets richting het zuiden de Saint Thomas Bay, welke voorzien is van een klein strand. Op de punt van de noordzijde van de baai van Marsascala, ligt het bijzonder fraai gelegen oude nationale zwemstadion. Dit stadion werd in 1986 aangelegd, maar al in 1993 kwam er een nieuw nationaal zwembad (Tal-Qroqq te Msida) van Olympische afmetingen.

Sant' Antnin Family Park

Even buiten het centrum van Marsascala is het Sant'Antnin Family Park te vinden. Dit is een in 2013 geopend park, met een oppervlakte van acht hectare, dat is ingericht om in te recreëren. Het is ter rehabilitatie van het gebied aangelegd bovenop een vuilnishoop uit de jaren zeventig. In het gebied zijn mogelijkheden tot sporten, zoals hardlopen, voetballen en andere buitensporten. Daarnaast zijn er speeltuinen aangelegd, is er een amfitheater, een flinke kinderboerderij en een doolhof. Voor Maltese begrippen is het park uniek te noemen.

Bereikbaarheid

Marsascala is goed te bereiken met de bus vanuit Valletta. Buslijn 91 92 en 93 doen de plaats aan. De oostelijk gelegen plaatsen Marsascala, Zejtun, Marsaxlokk en Birzebbuga worden onderling met elkaar verbonden door buslijn 119. Ook met een huurauto is de plaats goed te bereiken. Let er hierbij op dat de plaats ook wel Wied il-Għajn en M'Skala genoemd wordt.



Google



Zoeken met Google Foto's zoeken met Flickr Zoeken met Google en Flickr