Grand Masters Palace

Grand masters palace

Onmiddellijk na het voltooien van de forticaties van Valletta, besloten de ridders een paleis te bouwen voor de Grootmeesters; The Grand Masters Palace (Il-Palazz tal-Granmastru). Architect van het grootmeesterspaleis is de Maltees Geralomo Cassar (1520 – 1592), die het gros van de belangrijke gebouwen in de hoofdstad ontwierp, waaronder de Saint John's Co-Kathedraal en de Auberges. Met de bouw werd aangevangen in 1569 en in 1574 was het klaar, maar later werd het meerdere malen uitgebreid. De grond waarop het pand staat, werd ooit voor een jaarlijkse vergoeding van vijf graankorrels en wat water uit de welput onder het gebouw aan de ridders verkocht. Het pand bestaat uit verschillende ruimtes die bij gelegenheid nog als staatsievertrek worden gebruikt. Velen zijn voorzien van rijen schilderijen, beeldhouwwerken en andere soorten kunst, waaronder vazen gemaakt van Delfts blauw.

Wandtapijten

Één van de belangrijkste ruimtes in het gebouw wordt tegenwoordig The Tapestry Chamber (de wandtapijtkamer) genoemd. Op het tiental, bijna vijf meter hoge, Parijse Manufacture des Gobelins wandtapijten dat hier hangt, staan dieren, planten, vissen en landschappen uit Zuid- en Midden-Amerika weergegeven. De namen van de werken zijn: de struisvogels (470 bij 313 cm), de jagende Indiaan (470 x 430), de Indiaan te paard (470 x 350), het gestreepte paard (470 x 504), de koning in een hangmat (470 bij 450), vechtende dieren (470 x 458), de twee stieren (470 bij 511), de visser (470 x 400), de olifant (470 x 408) en het valkkleurige paard (470 x 298). Deze complete, Les Tentures des Indes genoemde, verzameling werd in het jaar 1710 aan het paleis geschonken door de Spaanse grootmeester Ramon Perellos y Roccaful. De tapijten werden geweven op basis van schilderijen die door Albert Van Der Eckhout (Groningen, 1610-1665) en Frans Post (Haarlem, 1612-1680) gemaakt werden in de voormalige Nederlandse kolonie Nederlands-Brazilië. Ze werden gemaakt in opdracht van Johan Maurits van Nassau-Siegen (1606-1679). Lodewijk de veertiende gaf vervolgens opdracht voor het vervaardigen van de tapijten. In de Gobelins studio’s werden enkele dieren toegevoegd, zoals het zebra en de Indische Neushoorn, die Van Der Eckhout en Post echt niet in Zuid-Amerika hebben aangetroffen. Tussen 1687 en 1730 werden er in Parijs acht sets van de Anciennes Indes geweven. Één set werd per muilezel naar Marseille gebracht en vervolgens per brigantijn naar Malta. De set in Malta is de enige die nog compleet is. De collectie wandtapijten zou tot de beste verzamelingen ter wereld behoren. Voor liefhebbers van wandtapijten is er in het museum van Saint John's Co-Kathedraal ook een interessante collectie uit dezelfde periode te bewonderen. In de tijd dat de wandtapijten vervaardigd werden, werd door mensen die aanzien genoten verwacht dat zij in ruimten werden ontvangen die overeenstemden met hun status. De wandtapijten werden gezien als een chique soort behang waarmee een eenvoudige ruimte zonder al te veel moeite kon worden verheven in luxe. Nadat Malta onafhankelijk werd van Engeland, werd de Tapestry Chamber gebruikt als parlementszaal. Na enige tijd werd de ruimte echter te klein en verhuisde het parlement naar een grotere zaal. Tegenwoordig is de ruimte in gebruik als raadzaal van het parlement.

Wapenkamers

Een wapenkamer binnen het paleisEen wapenkamer binnen het paleis

In de wapenzalen van het paleis is één van de grootste Middeleeuwse wapencollecties ter wereld te bewonderen. De collectie telt ongeveer 6.000 harnassen en een groot aantal wapens van de ridders. In de tijd van grootmeester Emmanuel Pinto de Fonseca lagen in het paleis de harnassen en het wapentuig van maar liefst 25.000 ridders opgeslagen. De ridders kwamen uit verschillende streken (langues) van Europa. Vanuit hun streek namen zij hun eigen uitrusting mee naar Malta. Hierdoor bestaat de huidige collectie uit een grote variëteit aan legeruitrusting afkomstig uit geheel Europa. De collectie bevat onder andere met goud ingelegde zwaarden die voor de sier werden gebruikt door de grootmeesters, maar ook simpele metalen harnassen die zijn gebutst door de strijd. Tevens zijn wapens te bewonderen die de ridders als trofeeën afnamen van overwonnen Ottomanen. De collectie die te bewonderen is, staat tentoongesteld in ruimten die vroeger de stallen van het paleis vormden. De oorspronkelijke wapenzalen bevonden zich een verdieping hoger.

Pleinen

Uitzicht richting Neptune's CourtyardUitzicht richting Neptune's Courtyard

In het paleis bevinden zich twee grote pleinen. Het ene plein wordt Neptune's Courtyard genoemd. Op dit plein staat een bronzen beeld van Neptunus dat in 1615 door de Vlaamse beeldhouwer Giambologna (1529 – 1608) zou zijn vervaardigd. Het beeld werd in de Argotti Gardens in Floriana geplaatst ter gelegenheid van de voltooiing van het Wignacourt-aquaduct. In 1861 werd het verplaatst naar het paleis en voorzien van een koperen vijgenblad om de geslachtsdelen te bedekken. Bij een renovatie, die werd gesponsord door de Farsons bierbrouwerij, werd dit blad weer verwijderd. De kans is overigens groot dat het beeld door een andere beeldhouwer is gemaakt en helemaal niet Neptunes moet voorstellen, maar de Genuese admiraal Andrea Doria (1466 – 1560).

Het tweede plein is het Prince Alfred's Courtyard. Dit plein werd vernoemd naar Prins Alfred (1844 – 1900), de tweede zoon van Koningin Victoria van het Verenigd Koninkrijk, ter gelegenheid van zijn eerste bezoek aan Malta in 1858. Op het plein staan enkele exotische planten en bomen die ten tijde van de naamgeving geplant werden. Tevens staan er beelden van machtige dieren. Boven het plein torent een klokkentoren uit. Deze in 1745 gebouwde klok wordt Pinto's Clock genoemd, naar grootmeester Fra Emmanuel Pinto de Fonseca die opdracht gaf voor de vervaardiging ervan. De klok bestaat uit vier wijzerplaten die het tijdstip, de dag, de maand en de stand van de maan weergeven. Erboven staan vier bronzen Moorse slaven die met voorhamers elk uur op het klokkenspel slaan. Vanuit de toren werd gecommuniceerd met de schippers in de havens. Deze ontvingen vanuit de toren informatie over de windrichting. Ook werd het drukke verkeer in de haven vanuit de toren geregeld. Omdat de toren vanuit de haven goed zichtbaar moest blijven, mochten er in heel Valletta geen gebouwen gebouwd worden die hoger waren dan deze toren. Pas in de twintigste eeuw werden er bouwwerken gebouwd die aanzienlijk hoger zijn dan de toren.

Ook tegenwoordig nog is het paleis een belangrijk gebouw. Onder andere het werkvertrek van de president van Malta en de ambassadeurs- en staatskamers zijn er gevestigd. In hetzelfde gebouw, maar dan in een nieuw gebouwd gedeelte aan de achterzijde, huisde tot begin mei 2015 het parlement van Malta.

Locatie en entree

Het Grand Masters Palace ligt, zoals veel belangrijke gebouwen in Valletta, aan Republic Street. De entree tot het paleis bedraagt € 10, - voor volwassenen, € 7, - voor jongeren, studenten en ouderen. Kinderen betalen &euro 5, - entree. Het paleis is op alle dagen van de week, behalve op donderdag, geopend voor het publiek.

Plattegrond

Map of Grand Masters Palace

 



Google